Tijdens zijn omzwervingen door en om Nieuwegein heeft de Nieuwegeiner Arend Bloemink (1946) vrijwel altijd zijn camera bij zich. Zijn camera is als het ware een verlengstuk van zijn ogen.
Een veelgebruikt verlengstuk. Hij fotografeert dat wat hem opvalt. Soms is dat iets bijzonders. Soms is dat iets alledaags. Soms fotografeert hij een evenement in Nieuwegein (wielerrondes, openingen, activiteiten van B&W, jeugdvoetbal, een trouwpartij, …). Soms valt zijn (camera)oog op een heel gewoon, maar prachtig stukje natuur. Soms ook fotografeert hij al wandelend in de wilde weg en ziet hij thuis wel wát er op zijn geheugenkaartje is vastgelegd.
Arend Bloemink: ‘December 2014. Een maand met grijze dagen. Maar dit jaar ook een maand met zonnige dagen. Op één van die zonnige dagen liep ik over het fiets-wandelpad dat van Batau-zuid, langs Batau-noord en langs Galepop loopt. Parallel aan de snelweg. Langs de geluidswal. Een prachtig gebied. Daar ontmoette ik een uitgebreide familie Zwaan. Vader, moeder en een zevental zwanenkinderen. Nou ja, kínderen… jong volwassenen. Sommigen nog niet geheel wit gevederd. In familieverband wandelden zij daar heerlijk rustig, zich (zoals dat zwanen eigen is) niets aantrekkend van wie of wat dan ook, langs en over het fietspad. Al wandelend deden ze zich volop te goed aan het nog steeds frisse gras. Mooi!’ (Klik op het fotocameraatje voor de foto van de week)